NL EN
DONEER NU!

Amsterdams café mag niet per direct worden gesloten i.v.m. slecht levensgedrag

7 juni 2019

Amsterdams café mag niet per direct worden gesloten i.v.m. slecht levensgedrag De voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam heeft geoordeeld dat het besluit tot sluiting van een Amsterdams café vanwege ‘slecht levensgedrag’ van de exploitant, geschorst moet worden. Er zou weleens strijd kunnen zijn met artikel 10 van de Dienstenrichtlijn.

De Dienstenrichtlijn beoogt de vrijheid van vestiging van dienstverrichters. Het uitgangspunt van de richtlijn is dat de toegang tot en het uitoefenen van een dienstenactiviteit niet afhankelijk wordt gesteld van een vergunningenstelsel. Als er desondanks wel een vergunningenstelsel in het leven wordt geroepen moet dat aan bepaalde voorwaarden voldoen. Vergunningstelsels moeten gebaseerd zijn op criteria die bestuursorganen beletten om hun bevoegdheden op willekeurige wijze uit te oefenen.

In het onderhavige geval is het besluit tot het weigeren van de exploitatievergunning geheel gebaseerd op het levensgedrag van de exploitant. In de APV Amsterdam noch in een toelichting daarop wordt ingegaan op de vraag wat onder de voorwaarde van ‘levensgedrag’ moet worden verstaan en onder welke omstandigheden dat aanleiding vormt om een vergunning te weigeren. Dat betekent dat er geen beperkingen gesteld zijn aan de feiten of omstandigheden, die bij de beoordeling van het levensgedrag mogen worden betrokken.

Hieruit volgt naar het oordeel van de voorzieningenrechter dat het voor een dienstenverrichter niet goed mogelijk is om zich vooraf op de hoogte te stellen van de wijze waarop het criterium ‘levensgedrag van de exploitant of leidinggevende’ wordt ingevuld. Daarom valt niet uit te sluiten dat dit criterium in strijd is met artikel 10 van de Dienstenrichtlijn, dat immers vereist dat met duidelijke, ondubbelzinnige, objectieve, vooraf bekendgemaakte, transparante en toegankelijke criteria wordt voorkomen dat bestuursorganen hun bevoegdheden op willekeurige wijze uitoefenen.

De voorzieningenrechter sluit niet uit dat het criterium over levensgedrag onverbindend is wegens strijd met de Dienstenrichtlijn. Het bezwaar van verzoekster heeft daarom een redelijke kans van slagen. Daarom is er aanleiding het verzoek toe te wijzen in die zin dat het besluit tot sluiting van het café wordt geschorst tot zes weken nadat is beslist op bezwaar.

Deze uitspraak van de voorzieningenrechter Amsterdam is in lijn met een eerdere uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland (ECLI:NL:RBMNE:2018:6217).

Bron: rechtspraak.nl.

Laatste nieuws