-
Effectief lokaal alcoholbeleid levert zowel gezondheidswinst als economische winst op. Het kenmerkt zich door een samenhangend geheel van maatregelen en interventies op het terrein van volksgezondheid en veiligheid. Een strategisch alcoholbeleid is gebouwd op interventies die gedurende een langere tijd worden uitgevoerd. Lokaal alcoholbeleid beoogt primair de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik te voorkomen, die niet alleen de gezondheid van een individu betreffen maar ook de veiligheid en de openbare orde binnen een gemeente. Het gaat bij alcoholbeleid om een combinatie van veiligheids- en gezondheidsdoelstellingen. Daarom is een integrale benadering vanuit verschillende beleidsdisciplines binnen de gemeente essentieel voor het voeren van effectief alcoholbeleid. Veelbelovende alcoholpreventieprojecten in Nederland geven inmiddels invulling aan een combinatie van beleidsterreinen.

Drie beleidspijlers
Een effectief preventief lokaal alcoholbeleid kent drie pijlers:
1. Regelgeving
2. Handhaving
3. Educatie en bewustwording
Hoe effectief de pijler ‘regelgeving’ wetenschappelijk gezien ook is, het is vrijwel onmogelijk de pijler ‘regelgeving’ lokaal goed in te zetten zonder hulp van de pijler ‘educatie en bewustwording’ en de pijler ‘handhaving’. Een regel zonder voldoende handhaving is een loze regel. Handhaving is essentieel om de regelgeving effectief te maken.
Hetzelfde geldt voor educatie. Het reguleren van de alcoholverkoop is vaak niet populair onder het grote publiek en onder alcoholverstrekkers. Educatie en bewustwording is dan vooral ook nodig om draagvlak te creëren voor de te nemen maatregelen. Het omgekeerde geldt echter ook: aandacht voor educatie en bewustwording zonder duidelijke regels en toezicht op de naleving van deze regels is zinloos. Zo is alleen het inzetten van educatie in de vorm van voorlichting niet voldoende om schadelijk drinkgedrag effectief te veranderen en dat geldt des te meer voor de nog niet volwassen jonge drinker.
Toegenomen aandacht
De aandacht voor lokaal alcoholbeleid is sterk toegenomen sinds het begin van deze eeuw. Mede door de toegenomen jeugdproblematiek zagen steeds meer gemeenten zich genoodzaakt een adequaat lokaal alcoholbeleid te voeren. De wijzigingen van de Drank- en Horecawet (de voorloper van de Alcoholwet) op 1 januari 2013 en 1 januari 2014 hebben de gemeentelijke taken en bevoegdheden op dit terrein aanzienlijk uitgebreid.
Aanbevolen literatuur
In de uitgave Effectief alcoholbeleid, hoe pakt u dat aan? is veel informatie opgenomen over de organisatie van de aanpak op lokaal niveau (succes- en faalfactoren, bestuurlijk draagvlak, samenwerking etc.).
In de Handleiding Lokaal Alcoholbeleid en de opvolger daarvan de Handreiking Gezonde Gemeente (alcoholdeel) is meer informatie over de pijlers van het lokale alcoholbeleid te vinden.
Effectief alcoholbeleid; hoe pakt u dat aan? (357 kB)
Handleiding Lokaal Alcoholbeleid deel 1 (471 kB)
Handleiding Lokaal Alcoholbeleid deel 2 (419 kB)
Leeflijn behorende bij Handleiding Lokaal Alcoholbeleid (394 kB)
Hier een link naar de themapagina Alcohol op het Loket Gezond Leven.
Voor invulling van de pijler ‘regelgeving’ gebruiken de meeste gemeenten hun bevoegdheden op grond van de Alcoholwet en die op grond van de Gemeentewet (daarin is de autonome bevoegdheid van de gemeente geregeld).
De burgemeester voert op lokaal niveau de Alcoholwet in medebewind uit. Hij/zij verleent ook de vergunningen aan slijterijen en horecabedrijven. De algemene vergunningsvoorwaarden zijn landelijk geregeld (zie paragraaf Alcoholwet op themapagina Nationaal beleid).
Alhoewel op het terrein van vergunningen en ontheffingen het meeste nationaal bepaald is, kan de burgemeester, als bevoegd gezag, toch invulling geven aan het lokale alcoholbeleid. Hij/zij kan bijvoorbeeld een aanvraag weigeren om een ontheffing waarmee tijdens evenementen (maximaal 12 dagen) zwak-alcoholhoudende drank kan worden geschonken. Hij/zij kan besluiten wel zo’n evenementenontheffing te verlenen, maar die te beperken of er voorschriften aan te verbinden. Ook kan de burgemeester bepaalde ontheffingen verlenen aan paracommerciële inrichtingen tijdens evenementen. Een andere burgemeestersontheffing betreft het toestaan dat een horecalokaliteit kleiner is dan vereist. Dit echter alleen als het een rijksmonument betreft.
Op grond van de Alcoholwet kunnen gemeenteraden regels vaststellen in aanvulling op de landelijke regels. Het gaat om de volgende verordenende bevoegdheden:
- (Tijdelijk) verbieden/beperken alcoholverkoop horeca/slijterij;
- Voorschriften aan vergunning verbinden;
- Vergunning beperken tot zwak-alcoholhoudende drank;
- Tijdelijk verbieden alcoholverkoop supermarkten, snackbars, bierkoeriers etc.;
- Toelatingsleeftijden bepalen voor horecalokaliteiten/terrassen (≤ 21 jaar);
- Toelatingsleeftijden koppelen aan tijdstippen (≤ 21 jaar);
- Verplichten van ID-check bij vaststellen toelatingsleeftijden horeca;
- Verbod instellen exorbitante prijsacties in horeca (> 40%);
- Strengere vloeroppervlakte-eisen stellen aan horeca- en slijtlokaliteiten (er moet tenminste één horecalokaliteit zijn van 35m² in een horecapand en tenminste één slijtlokaliteit van 15m² in een de slijterij);
- Slijters toestaan buiten openingstijden cursussen en proeverijen te organiseren;
- Alcohol-overlastgebieden aanwijzen en daarbij passende maatregelen nemen;
- Eisen dat commerciële verstrekkers op boten en andere vervoermiddelen beschikken over een Diploma Sociale Hygiëne.
Verder verplicht de Alcoholwet gemeenten een paracommercie-verordening vast te stellen. Bij paracommerciële horeca moet je denken aan sportclubs, kerken, buurt- en clubhuizen en andere stichtingen en verenigingen die zelf een kantine beheren. In zo’n paracommercie-verordening moeten de schenktijden van kantines worden geregeld. Ook worden daarin andere lokale regels opgenomen om oneerlijke concurrentie met de reguliere commerciële horeca tegen te gaan.
De verordenende bevoegdheid op grond van de Alcoholwet is overigens wel beperkt. Artikel 40 van de Alcoholwet zegt immers: “Voor zover in [de Alcoholwet] niet anders is bepaald, kunnen ten aanzien van de onderwerpen, waarin zij voorziet, geen [ ] gemeentelijke verordeningen worden gemaakt”. Dat betekent simpelweg dat de gemeente geen verordeningen op grond van de Alcoholwet mag maken als e.e.a. al bij wet geregeld is, tenzij dat uitdrukkelijk wordt toegestaan. Zo mag de gemeente bijvoorbeeld niet middels een verordening een leeftijdsgrens van 21 jaar voor de verstrekking van alcohol vaststellen, maar weer wel in een verordening bepalen dat de toelatingsleeftijd tot cafés in de gemeente 21 jaar is.
De meeste gemeenten hebben in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) óók alcoholregels opgenomen. Het gaat om gemeentelijke regels m.b.t. openbare orde en veiligheid, op grond van de Gemeentewet. Bijvoorbeeld regels over:
- Horecaopeningstijden en koopavonden/zondagen;
- Terrassen (bijvoorbeeld: wel/niet plaatsen van buitentaps);
- Exploitatievergunningen voor horeca-inrichtingen;
- Alcoholreclame in de openbare ruimte;
- Hinderlijk drankgebruik in het openbaar in een bepaald gebied binnen de gemeente.
Vaak worden alle alcoholregels in één speciale verordening samengevoegd of in een apart hoofdstuk van de Algemene Plaatselijke Verordening.
Sinds 2014 moeten gemeenten ook periodiek een Preventie- en Handhavingsplan opstellen.
Zowel het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten hebben in het verleden een modelverordening opgesteld. Het Trimbos-instituut heeft een model Preventie- en Handhavingsplan gemaakt.
Bij het maken van een keuze tussen de vele verordenende bevoegdheden kan de gemeenteraad mee laten wegen dat inmiddels veel bekend is over de effectiviteit van alcoholbeleidsmaatregelen. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de onderzoeksresultaten.
| Effectiviteit | Hoeveelheid onderzoek | |
|---|---|---|
| Verhogen van de prijs | +++ | +++ |
| Verkoopverboden | +++ | +++ |
| Minimum verkoopleeftijd | +++ | +++ |
| Beperken openingstijden | ++ | ++ |
| Beperken aantal verkooppunten | ++ | +++ |
| Meer handhaving bij verkooppunten | ++ | ++ |
| Beperken alcoholreclame | +/++ | +++ |
| Trainen barpersoneel | 0/+ | +++ |
Bron: Babor a.o. (2010) Alcohol, no ordinary commodity. Oxford University Press.
Tot in de kleine uurtjes (2,40 MB)
-
De pijler ‘handhaving’ is sinds 1 januari 2013 belangrijk geworden. Toen ging het toezicht op de naleving van de Drank- en Horecawet, de voorloper van de Alcoholwet, grotendeels over in handen van door de burgemeester aangewezen bijzondere opsporingsambtenaren (boa’s). Die moeten daartoe het examen toezichthouder Alcoholwet met goed gevolg afgelegd hebben. E.e.a. is neergelegd in de Alcoholregeling (zie hieronder). Degenen die opgaan voor het examen hebben meestal een cursus van zo'n 10 dagen gevolgd.
De achtergrond van de decentralisatie van het lokale toezicht is beschreven in het artikel 'De lange weg naar gemeentelijke toezichthouders Drank- en Horecawet' (zie hieronder).
Tot 2014 viel de examencommisie Drank- en Horecawet onder de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA). Sinds 1 januari 2015 heeft de Stichting Exameninstelling Toezicht en Handhaving dit overgenomen. Inmiddels zijn er naar schatting tussen de 1.000 en de 2.000 boa’s die met succes dat examen hebben afgerond. Een door de Kwink-groep uitgevoerde enquête wees recent uit dat bij Nederlandse gemeenten gemiddeld 2,5 FTE toezichtcapaciteit beschikbaar is. De toezichthouders Drank- en Horecawet/Alcoholwet hebben in 2014 een eigen vereniging opgericht, destijds Nederlandse Vereniging voor Drank- en Horeca(wet) Inspecteurs (NVDI) genaamd, maar medio 2025 omgedoopt tot Nederlandse Vereniging voor Alcoholwet Toezichthouders (NVAT).
De laatste jaren zie je hoe langer hoe meer een trend naar regionale samenwerking bij de handhaving van de Drank en Horecawet/Alcoholwet, in de vorm van een boapool. Er is veel variatie in de samenwerking, afhankelijk van de behoefte van individuele gemeenten. De samenwerking heeft als doel om het toezicht efficiënter en effectiever te maken. Meer hierover kunt u lezen in de factsheet van het CCV.
De inspecteurs van de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA), die tot 1 januari 2013 als enigen toezicht hielden op de alcoholwetgeving, hebben op dit moment alleen enkele (belangrijke) landelijke handhavingstaken. Er zijn structureel 9 voltijdmedewerkers voor beschikbaar. Zij houden toezicht namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op alcoholverstrekking:
- in het personenvervoer;
- op legerplaatsen;
- door de ambulante handel (SRV-wagens);
- in taxfree shops op vliegvelden;
- middels verkoop op afstand.
De NVWA houdt bovendien toezicht op:
- prijsacties van meer dan 25%.
Als er ooit alcoholreclameregels o.g.v. de Alcoholwet worden vastgesteld, dan gaat de NVWA daarop ook toezicht houden.
De NVWA heeft recent een Specifiek interventiebeleid Alcoholwet (zie hieronder) vastgesteld. Over het toezicht op de naleving van de leeftijdsgrens bij verkoop op afstand heeft de NVWA een kort videofilmpje gemaakt. Zie: https://www.nvwa.nl/onderwerpen/alcoholverkoop/toezicht
De politie heeft o.g.v. het Wetboek van Strafvordering algemene opsporingsbevoegdheid. Daarom kunnen politieagenten zo nodig óók handhavend optreden richting verstrekkers. De handhaving van enkele wetsartikelen die niet bestuurlijk beboetbaar zijn moet zelfs, aldus recente jurisprudentie, door de politie geschieden of door boa's domeinen I en II in het kader van hun opsporingsbevoegdheid op grond van de Wet economische delicten. Het gaat dan om artikel 20, vijfde en zesde lid, en artikel 21 van de Alcoholwet.
Zowel de burgemeester als de minister kan verstrekkers die de Alcoholwet overtreden een bestuurlijke boete opleggen. De hoogte van de boete ligt vast in een bijlage van het Alcoholbesluit (zie hieronder). In dat wettelijk gefixeerde boetestelsel wordt onderscheid gemaakt in 3 categorieën Alcoholwetovertredingen, 2 categorieën bedrijven en wel/niet recidive en zo ja, éénmaal of vaker.
Als voorbeeld: de bestuurlijke boete voor overtreding van de leeftijdsgrens geldt als een zware overtreding. Voor kleine ondernemers betekent dat een boete van €1.565, voor grote ondernemers €3.135. Bij nóg een keer overtreden wordt de boete 50% hoger. De derde keer de fout ingaan betekent een boete van €3.130 voor kleine ondernemers en €6.270 voor grote ondernemers.
In artikel 5:46, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht is echter bepaald dat het bestuursorgaan niettemin een lagere (of geen) bestuurlijke boete kan opleggen, als de overtreding de overtreder niet kan worden verweten. Bijvoorbeeld als er sprake is van bijzondere omstandigheden. De Raad van State vindt ook dat een lagere boete mogelijk is (mits verantwoord en gemotiveerd) bij een lichte of eerste overtreding, een foutje of een vergissing.
De opbrengst van de boetes die de burgemeester oplegt komt in de gemeentekas, de opbrengst van de boetes die de minister oplegt in de schatkist.
Maar er zijn méér sancties mogelijk. Zo kan de burgemeester een overtreder tijdelijk of permanent zijn vergunning intrekken. De burgemeester en de minister kunnen een levensmiddelenwinkelier of een online verkoper die de leeftijdsgrenzen driemaal in één jaar overtreedt tijdelijk het recht ontnemen om alcohol te verkopen. Verder kunnen burgemeester en minister een bestuurlijke waarschuwing geven, alsook een last onder dwangsom opleggen. In bepaalde gevallen (bij ernstige overtredingen) zal de burgemeester of de minister geen bestuurlijke boete opleggen, maar wordt overgegaan tot strafrechtelijke sanctionering op grond van de Wet economische delicten.
Jongeren tussen 12 en 18 jaar die alcohol in hun bezit hebben op voor publiek toegankelijke plaatsen (met uitzondering van levensmiddelenwinkels en slijterijen) kunnen van boa’s domein I, van toezichthouders Alcoholwet en van politie-agenten een boete krijgen volgens het commune strafrecht. De boete is momenteel € 55 voor 16-minners en € 110 voor jongeren van 16 en 17 jaar (exclusief administratiekosten).
Jongeren die deze bepaling van de Alcoholwet overtreden kunnen - als ze aan bepaalde voorwaarden voldoen - naar Halt worden verwezen, waar ze dan een Halt-interventie krijgen aangeboden. Verwijzing naar Halt na overtreding van artikel 45 van de Alcoholwet is toegestaan op grond van het Besluit Aanwijzing Halt-feiten 2024. Doorverwijzing naar Halt is op structurele basis ook mogelijk bij openbare dronkenschap (artikel 430b Wetboek van Strafrecht) door jongeren.
Daarnaast is projectmatige doorverwijzing mogelijk. Gemeente, politie en OM (lokale driehoek) bepalen dan welke boa’s voor welke feiten jongeren naar Halt kunnen verwijzen in het kader van het lokale veiligheidsbeleid.
Halt geeft de jongere leeropdrachten over alcohol- en drugsgebruik, waarin hij/zij reflecteert op de gevolgen van het gedrag voor zichzelf en anderen. Halt werkt samen met lokale verslavingszorgorganisaties. De jongere gaat op gesprek bij de Preventie-afdeling van de verslavingszorg als onderdeel van het Halt-traject. Ouders of opvoeders worden altijd betrokken bij het Halt-traject. Als de Halt-medewerker denkt dat een jongere verslaafd is, kan deze in overleg met ouders en jongere doorverwijzen voor verdere hulp.
Uit onderzoek door het CBS blijkt dat 65% van de jongeren die succesvol een Halt-traject hebben afgerond, niet meer met de politie in aanraking komt.
Na een positief afgeronde Halt-traject volgt geen aantekening op de justitiële documentatie (strafblad). Bij negatieve afronding van het Halt-traject (en in bepaalde andere gevallen) is dit wél het geval. Daarnaast geldt dat de overtreding voor een periode van 5 jaar wordt opgenomen in de politieregisters (ook als Halt positief wordt afgerond). Beide registraties kunnen gevolgen hebben voor de toekomstplannen van de jongere.
In de Alcoholwet is ook een verbod opgenomen op "wederverstrekking": meerderjarigen begaan een strafbaar feit indien zij op voor publiek toegankelijke plaatsen alcoholhoudende drank doorgeven aan minderjarigen. Herhaaldelijk is namelijk uit onderzoek gebleken dat jongeren in de meeste gevallen alcohol verkrijgen van meerderjarige vrienden of familie. Dit nieuwe verbod geldt ongeacht of er een familierelatie bestaat tussen de meerderjarige en de minderjarige.
Het gevolg van het strafbaar stellen van wederverstrekking is dat nu drie personen een boete kunnen krijgen als een minderjarige in een voor publiek toegankelijke plaats alcohol drinkt. De meerderjarige kan een boete krijgen vanwege het wederverstrekken van alcoholhoudende drank, de minderjarige vanwege het aanwezig hebben van alcoholhoudende drank in een voor publiek toegankelijke plaats (de boete die een minderjarige krijgt is op grond van het commune strafrecht). De verstrekker van alcoholhoudende drank kan een bestuurlijke boete krijgen voor 'indirect verstrekken'. Tenminste als aangetoond kan worden dat hij de meerderjarige drank verstrekte terwijl het overduidelijk was dat die drank onmiddellijk ter plekke zou worden doorgegeven aan de minderjarige.
Om een en ander te verduidelijken een casus (ECLI:NL:RVS:2018:4085).
Het betrof een horecabedrijf dat met polsbandjes werkt. De toezichthouders constateerden dat een meisje, dat geen polsbandje had en later 17 jaar bleek te zijn, een jongen 18+ aansprak en hem geld gaf. De jongen plaatste een bestelling bij de barmedewerker die vervolgens een glas vulde met een alcoholhoudende drank. Het meisje stond volgens het controlerapport gedurende de bestelling achter de jongen. De jongen rekende de bestelling af waarna hij zich omdraaide naar het meisje. Het meisje seinde dat ze een rietje bij haar drankje wilde. Daarna nam de jongen het wisselgeld aan van de barmedewerker waarop de jongen het drankje doorgaf aan het meisje.
Dit werd door de toezichthouders, de burgemeester en later ook de rechter gezien als indirecte verstrekking door de barmedewerker. De drank was namelijk kennelijk bestemd voor het meisje. Destijds was wederverstrekking door de jongen nog niet strafbaar (inmiddels dus wel).
Om de handhaving van de 18-jaargrens doeltreffender te maken hebben veel gemeenten jaren gezocht naar nieuwe wegen om te handhaven. Eén van de meest veelbelovende methoden bleek te zijn het inzetten van jeugdige mystery-shoppers die mee op stap gaan met de boa’s Alcoholwet. Dat zijn andere mystery-shoppers dan die welke worden ingezet bij onderzoek naar het nalevingsgedrag van alcoholverstrekkers. De mystery-shoppers die ingezet worden bij de handhaving worden daarom wel 'testkopers' genoemd.
Het inzetten van testkopers bij de handhaving spaart veel observatietijd en leidt tot snelle constatering van overtredingen. Begin 2019 heeft de Raad van State geoordeeld (ECLI:NL:RVS:2019:195) dat de inzet van testkopers, gelet op het belang om alcoholgebruik onder minderjarigen tegen te gaan, niet in strijd is met het proportionaliteitsbeginsel. Er bleef echter discussie of het juridisch aanvaardbaar is als jongeren onder de 18 jaar worden inzet. Dat probleem is nu de wereld uit. De nieuwe Alcoholwet regelt immers dat gemeenten en de NVWA 16- en 17-jarige testkopers mogen inzetten. Deze uitzondering voor 16- en 17-jarige testkopers die in opdracht van een handhaver handelen, beoogt effectiever te kunnen handhaven en de aanvaardbaarheid van sancties te vergroten.
Om gemeenten te helpen bij de handhaving van de Drank- en Horecawet/Alcoholwet heeft STAP een factsheet gepubliceerd waarin de diverse vormen van inzet van mystery-shoppers en testkopers bij onderzoek, toezicht en handhaving de revue passeren. Ook is een factsheet opgesteld waarin wordt ingegaan op de wettelijke basis van twee andere alternatieve handhavingsmethoden, namelijk 'naming & shaming' en de convenant-methode.
In 2019 heeft STAP samen met de NVDI een onderzoek en een factsheet gepubliceerd over de inzet van jeugdige testkopers bij het toezicht op de naleving van de alcoholleeftijdsgrens. De belangrijkste adviezen voor het inzetten van testkopers staan daarin concreet beschreven. Een link naar al deze documenten is hieronder te vinden.
Eén van de activiteiten in het kader van het Nationale Preventieakkoord is het gezamenlijk opzetten van een Handreiking toezicht Alcoholwet. Sinds begin 2020 is deze handreiking online (zie hieronder de link). Het is een nieuw dynamisch kennisplatform met betrouwbare informatie over het toezicht op de Alcoholwet.
De aanpak van illegale drankketen, vooral die waar groepen jongeren bijeenkomen, kan een element zijn van het gemeentelijk handhavingsbeleid.
Allereerst een antwoord op de vraag: Wat is een illegale drankkeet? Die vraag is het beste te beantwoorden door te schetsen wanneer volgens de Raad van State een drankkeet legaal is. Dat is als het gaat om een niet voor het publiek toegankelijke plek op een privéterrein, waarop leden van een vaste vriendengroep bijeenkomen. De drank wordt afwisselend door de leden van de vriendengroep of op basis van toerbeurt ingekocht. Er wordt geen entree geheven, de aanwezigen hoeven geen bijdrage in de kosten te betalen en er vindt ook geen verrekening plaats. Zie hiervoor de volgende twee uitspraken: uitspraak 1 en uitspraak 2
Gemeenten hebben het beste zicht op de lokale problematiek en moeten daarom de regie nemen bij het kiezen van een passende aanpak van schadelijk alcoholgebruik in drankketen en de 'volwassen' variant daarvan, de men's cave.
Om gemeenten daarbij te helpen heeft de overheid - met steun van diverse betrokken organisaties - in 2010 een handleiding samengesteld om lokaal ketenbeleid te formuleren en te implementeren. In die handleiding is te vinden: een stappenplan, praktijkvoorbeelden, het bestuurlijk-juridisch kader voor de aanpak van drankketen en definities van de verschillende soorten drankketen.
Ondanks deze handleiding had in 2015 slechts 19,6% van de gemeenten een beleid op het gebied van drankketen (onderzoek Intraval). In 2023 gaf nog slechts 9% van de gemeenten aan het toezicht te richten op hokken en keten en gaf 4% van de gemeenten aan dat daarop ook is gecontroleerd (onderzoek KWINK).
Sinds 2014 bepaalt de Drank- en Horecawet/Alcoholwet dat gemeenten periodiek een preventie- en handhavingsplan alcohol moeten vaststellen. Hierin moet t.a.v. de handhaving zijn opgenomen:
- De hoofdzaken van het handhavingsbeleid
- De doelstellingen van het handhavingsbeleid
- De wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd (hier kan bijvoorbeeld gemeld worden met welke (buur)gemeenten wordt samengewerkt)
- Welke handhavingsacties in de door het plan beschreven periode worden ondernomen
Verder bepaalt de Alcoholwet dat in het lokale plan moet worden opgenomen welke resultaten de gemeente minimaal wil behalen in de jaren die het plan bestrijkt.
Het eerste plan moest vóór juli 2014 door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Uit een inventarisatie van STAP in opdracht van het Ministerie van VWS is gebleken dat ongeveer de helft van de gemeenten (44%) die datum gehaald heeft. Uiteindelijk heeft 79% van de gemeenten een plan vastgesteld. Maar veel van die plannen zijn inmiddels verlopen. Slechts 27% van de gemeenten heeft een actueel plan (bron: KWINK, 2023).
Het Trimbos-instituut heeft een model Preventie- en Handhavingsplan gemaakt. Hieronder te downloaden.
Er zijn in het verleden diverse pilots geweest in het kader waarvan werd geëxperimenteerd met het gedogen van overtredingen van de Drank- en Horecawet. Het ging dan om het door de vingers zien van in de Drank- en Horecawet niet toegestane mengvormen tussen horeca en winkels/dienstverleners. Gedoogd werd dat bij de kapper of bij de kledingzaak een glas wijn werd aangeboden, dat de CD-winkel een bar heeft waar je bier kunt tappen en dat in de kroeg broeken werden verkocht. Populair heet dit 'blurring', omdat de grenzen tussen detailhandel en horeca 'vervagen'. De bekendste blurring-pilot was die van de VNG, waaraan in totaal 46 gemeenten hebben deelgenomen. De toenmalige staatssecretaris van VWS, Martin van Rijn, en de ministers van Binnenlandse Zaken en van Economische Zaken, hebben zich tegen deze en andere "gedoogpilots" uitgesproken. Functievermenging bij alcoholverstrekking is immers verboden.
STAP en ook de SlijtersUnie, hebben bij tientallen aan de pilots deelnemende gemeenten formeel bezwaar gemaakt tegen het gedogen van blurring-activiteiten in strijd met de Drank- en Horecawet. Ook vele andere organisaties lieten weten tegenstander van blurring te zijn. Diverse rechters hebben gemeenten die blurren in strijd met de wet gedogen, zoals Zwolle en Nieuwegein, teruggefloten. Desondanks is de VNG-pilot ruim één jaar blijven doorlopen.
Het toenmalige VVD-Kamerlid Erik Ziengs was een voorstander van legalisering van blurring. Daarom heeft hij in juni 2018 het initiatiefwetsvoorstel Regulering Mengformules aanhangig gemaakt (34 961). In 2020 heeft hij zijn voorstel aangepast.
Het wetsvoorstel van Ziengs wijzigt de Alcoholwet om mogelijk te maken dat in winkels en ambachtsbedrijven (met een gemeentelijke vergunning) als nevenactiviteit zwak-alcoholhoudende drank mag worden verkocht en geschonken (gratis of tegen betaling). Denk aan supermarkten met een wijnproefbar, kleding- en boekenwinkels, kappers, barbiers, massagesalons, fietsherstellers, wasserettes, hakkenbars, bouwmarkten etc.
Vanwege het gelijke speelveld regelt de initiatiefwet daarnaast dat horecaexploitanten en slijters aan de gemeente kunnen vragen om verruiming van hun vergunning, zodat ook zij 'nevenactiviteiten' kunnen verrichten. Een nevenactiviteit voor een horecabedrijf kan zijn de verkoop van schilderijen aan de wand, van olijfolie of van de huiswijnen. Een nevenactiviteit van een slijterij kan zijn kaasverkoop of een zitje waar diverse whisky’s worden geserveerd.
Na het vertrek van Ziengs uit de Tweede Kamer is het initiatiefwetsvoorstel overgenomen door het Kamerlid Thierry Aartsen.
Het standpunt van STAP over mengformules, een overzicht van wat de Alcoholwet op dit punt nu toestaat, informatie over alle oude rechtszaken rond blurring, de actualiteiten, meer informatie over het initiatiefwetsvoorstel van Ziengs/Aartsen is te vinden op de themapagina over blurring.
De lange weg naar gemeentelijke toezichthouders Drank- en Horecawet (197 kB)
Handleiding ketenbeleid deel 1 (531 kB)
Handleiding ketenbeleid deel 2 (893 kB)
CCV Factsheet Regionale samenwerking handhaving DHW (1,13 MB)
Factsheet Alcohol Halt (502 kB)
Plannen in kaart (Intraval 2015) (1,29 MB)
Onderzoek gemeentelijk preventie- en handhavingsbeleid alcohol (KWINK, 2023) (2,44 MB)
Factsheet De inzet van mystery-shoppers bij de handhaving van de Drank- en Horecawet (563 kB)
Factsheet Alternatieve vormen van handhaving op de leeftijdsgrens alcohol (513 kB)
Factsheet Testkopers bij de handhaving van de alcoholleeftijdsgrens van 18 jaar (434 kB)
Sintenie - Testkopers; uitlokking of de uitkomst (1,53 MB)
Specifiek interventiebeleid Alcoholwet versie 3 (74,1 kB)
Specifiek Interventiebeleid NVWA versie 3 - bijlage (220 kB)
Model Preventie- en Handhavingsplan .
Regeling domeinlijsten buitengewoon opsporingsambtenaar 26-11-2024.
Besluit aanwijzing Halt-feiten 2024 (85,1 kB)
-
Doel van deze beleidspijler is het creëren van een breed draagvlak voor het gemeentelijke alcoholbeleid. Het is belangrijk dat de gemeente helder communiceert en ook uitdraagt dat de regelgeving niet bedoeld is om het ondernemers, verenigingen, ouders of jongeren lastig te maken, maar ter bescherming van de volksgezondheid en veiligheid. Idealiter zijn zowel ondernemers als burgers bewust van de risico’s van alcoholgebruik, hebben zij begrip voor de maatregelen die op lokaal niveau genomen zijn of worden, en is er bereidheid om de regels (te doen) naleven.
Voorbeelden educatie en bewustwording
Het beleid in deze pijler betreft onder meer:
- Communicatie richting ondernemers, (sport)verenigingen, ouders en jongeren over het lokale beleid en de motieven daarachter
- Opstarten en financieren van lokale alcoholpreventieprojecten
- Zorgen voor aandacht voor de alcoholproblematiek in de media
- Organiseren van debatavonden en studiedagen
- Ondersteunen van burgerinitiatieven op dit terrein
- Bevorderen van een alcoholvrije leefomgeving voor jongeren (vooral binnen het onderwijs en het jeugd- en jongerenwerk)
- Financiering van training van barvrijwilligers van (sport)verenigingen
Onder de pijler ‘educatie en bewustwording’ kan ook gerekend worden preventie-activiteiten gericht op risicogroepen, zoals:
- Zorgen voor voorlichtingsmateriaal, met name op plekken waar risicogroepen komen
- Bevorderen van vroegsignalering, bijvoorbeeld binnen het onderwijs en de eerste lijn.
Preventie- en handhavingsplan alcohol
In het wettelijk verplichte gemeentelijke preventie- en handhavingsplan alcohol dient, ten aanzien van alcoholpreventie, de volgende zaken te zijn opgenomen:
– De hoofdzaken van het alcoholpreventiebeleid, met name richting jongeren (hier kan bijvoorbeeld gemeld worden op welke subdoelgroepen het beleid zich richt)
– De doelstellingen van het alcoholpreventiebeleid
– Welke acties worden ondernomen (specifiek gericht op alcoholpreventie of in samenhang met andere preventieprogramma’s, met inbegrip van programma’s voor de gezondheidsbevordering).
Factsheet Alternatieve vormen van handhaving op de leeftijdsgrens alcohol (7 december 2016)
Factsheet De inzet van mystery-shoppers bij de handhaving van de Drank- en Horecawet (1 februari 2016)
Tot in de kleine uurtjes; sluitingstijden van cafés, discotheken en voetbalkantines in Nederlandse gemeenten (10 september 2015)
Gemeentelijke uitvoering van de Drank- en Horecawet; analyse stand van zaken 2014 (26 september 2014)
Gemeentelijke organisatie van het alcoholtoezicht (11 juli 2013)
Effectief alcoholbeleid; hoe pakt u dat aan? (27 juni 2013)
Proces in uitvoering; een zoektocht naar de operationalisatie van cruciale procesfactoren in de uitvoering van regionale alcoholprojecten (1 juni 2013)
Factsheet keten en hokken (10 juli 2009)
Doorschenken in de Nederlandse horeca (19 december 2008)
Factsheet sluitingstijdenbeleid (27 juni 2008)
Visienota Keetbeleid - het hokjesdenken voorbij (1 november 2006)
Indrinken op eigen erf (1 april 2005)
In deze lijst zijn niet opgenomen de vele onderzoeken in opdracht van individuele gemeenten.
Biertje naast de frisdrank: lagere boete voor Dordtse toko (17 oktober 2025)
NVDI gaat verder als NVAT (1 oktober 2025)
Staphorst schrikt van GGD-onderzoek (30 september 2025)
Raad van State: bestuurder heeft ruimte om boete te differentiëren (24 september 2025)
Staatssecretaris Tielen stuurt gemeenten brief over toezicht Alcoholwet (23 september 2025)
Grote alcoholcontrole in Rotterdam, 17 rijbewijzen ingevorderd (20 september 2025)
Verkoopverbod Leidens Ontzet richt zich op winkeliers en snackbars (17 september 2025)
Regiosessies toezicht en handhaving Alcoholwet (17 september 2025)
Drie Haarlemse horecagelegenheden blijven dicht (12 september 2025)
Amsterdamse toeristenwinkel mag geen alcohol verkopen (29 augustus 2025)
Geen alcoholvergunning voor te kleine lokaliteit (29 augustus 2025)
Zandvoort pakt alcoholmisbruik minderjarigen aan (22 augustus 2025)
De Bilt verbiedt alcoholgebruik op de golfbaan (21 augustus 2025)
Grote verschillen tussen gemeenten in naleving Gezondheidsraad-advies (2 augustus 2025)
Alcoholverbod Nijmeegse Vierdaagsefeesten drukte bierverkoop supers (29 juli 2025)
Nijmegen voorzichtig positief over verkoopverbod alcohol (20 juli 2025)
Veel feestende jongeren uit Twente op Terschelling (19 juli 2025)
Tilburg worstelt met toelating minderjarigen tot kermis (19 juli 2025)
Meppeler horeca enthousiast over strenger alcoholbeleid (16 juli 2025)
Leidse terrassen vaker lang open (15 juli 2025)
Discussie over nieuwe alcoholregels Nijmeegse Vierdaagsefeesten (14 juli 2025)
In Eemnes mogen clubs uur langer schenken (3 juli 2025)
'Werken met de Alcoholwet' ondersteunt gemeenten (30 juni 2025)
Supermarkt Rijswijk moet jaar dicht vanwege verkoop alcohol aan minderjarigen (27 juni 2025)
Ambulance Amsterdam op Koningsdag overbelast door te veel alcohol (6 juni 2025)
Scheveningse slijterijen eerder dicht op zomerse dagen? (21 mei 2025)
Nijmeegse supermarkten komen met handreiking (15 mei 2025)
Rechtbank: bestuurlijke boete om afwezigheid leidiggevenden terecht (12 mei 2025)
Soest gedoogt niet dat café-eigenaar zelf bingo organiseert (8 mei 2025)
Burgemeester Leeuwarden wil alcoholgebruik in park niet toestaan (8 mei 2025)
Burgemeester gaf terecht geen ontheffing voor verkoop flessen drank (7 mei 2025)
Winkels binnenstad Nijmegen mogen geen alcohol meer verkopen tijdens vierdaagse (9 april 2025)
Ook toezichtsfraude in Bodegraven (2 april 2025)
Dordtse raad wil reclames voor alcohol en gokken aan banden leggen (15 maart 2025)
Toezichthouder MB-ALL fraudeerde ook in Volendam (28 februari 2025)
Nieuwe uitgaansmogelijkheid voor 16- en 17-jarigen in Utrecht (28 februari 2025)
Eindhoven legt winkeliers tijdens carnaval geen beperkingen op (26 februari 2025)
Geactualiseerde leidraad alcohol, drugs en roken op evenementen gepubliceerd (24 februari 2025)
Bij merendeel carnavalsoptochten geen zuipwagens meer (20 februari 2025)
Negen nieuwe gemeenten hebben zich aangesloten bij OKO-aanpak (19 februari 2025)
Toezichthouder fraudeert met alcoholcontroles in Heerenveen (14 februari 2025)
Nieuwe regels voor Amsterdamse horeca (11 februari 2025)
Boetes dreigen voor Twentse supermarkteigenaar (4 februari 2025)
Alcohol- en messenverbod Bodegraven heeft effect (24 januari 2025)
Handhavingsactie in supermarkt Noord-Deurningen (11 januari 2025)
Rechter: Staatssecretaris hoefte zijn discretionaire bevoegdheid niet te gebruiken (9 januari 2025)